Het kunstmatige brein

Ik heb lang getwijfeld of ik erover zou schrijven. En vooral: wat ik zou schrijven. Maar gezien er tegenwoordig geen ontmoeting meer voorbijgaat zonder dat ‘het’ op een bepaald moment ter sprake komt, heb ik besloten om de olifant in de kamer maar eens te benoemen. Ik heb het over AI. Artificiële Intelligentie. Oftewel de ooit zo futuristische supercomputers die intussen zowat alle menselijke taken overnemen – de leuke althans, want mijn vloer moet ik nog steeds zelf schrobben. Alvast een kleine disclaimer: dit is mijn persoonlijke visie. Die ik aan niemand wil opleggen, of waar ik helemaal geen discussie mee wil uitlokken. Ik deel enkel míjn gevoel met wie ervoor openstaat.

Misschien moet ik eerst even zorgen voor de juiste omkadering van mijn verhaal. Daarvoor keren we terug naar het begin, zo’n vier jaar geleden. Toen ik nog overambitieus en onbevangen aan – dat geweldige stewardessenleven ten spijt –  het avontuur van mijn leven begon: schrijven. Ik had zonet de grote sprong gemaakt naar de nobele job van freelance copywriter. Na jaren van zoeken, verwachtingsvol beginnen en gedesillusioneerd eindigen, gebeurde het. Ik vond eindelijk een job die me genoeg uitdaagde. Die me prikkelde om steeds beter te worden. En, misschien nog het belangrijkste, waarin ik mijn speelsheid en creativiteit kon steken. Ik mocht schrijven, lezers meenemen in een boeiend verhaal, hen raken met mijn zelfgekozen woorden. En het mooiste van alles: ik werd er nog voor betaald ook. Voor mij voelde het, zonder overdrijven, alsof ik een vet Win for Life-ticket in handen had.

Leve de vooruitgang
Vandaag ben ik op het punt gekomen dat ik besef dat ik de kleine lettertjes op die Win For Life gemist heb. Waarschijnlijk stond daar, ergens in een klein hoekje, geschreven: ‘Geniet ervan zolang het nog duurt’. Want – hoewel menig creatieveling op LinkedIn van de daken schreeuwt hoe hij zich absoluut NIET bedreigd voelt door ChatGPT en konsoorten – ik heb dat wel. Tuurlijk. Ik denk dat elke zichzelf respecterende professional dat heeft. Of ben ik nu werkelijk de enige? Waar onze olijke chatbot in den beginne nog vooral feitelijke, droge materie uitstootte die je er zo kon uitpikken, wordt hij alsmaar geavanceerder. Intussen waagt hij zich ook al eens aan een grapje of woordspeling. Zijn teksten worden vloeiender, met dank aan de copywriters die hun ziel aan de duivel verkopen door AI te gaan ‘trainen’. Geen haar op mijn hoofd denkt eraan om daar mijn energie in te steken. Ik ga de stenen om mijn ruiten mee in te gooien toch niet zelf klaarleggen? Elke ‘baanbrekende’ ontwikkeling doet mijn werk weer een stukje in waarde dalen. Logisch. Want, zoals een bekende klusser ooit opperde, denken veel ondernemers: Wat ik zelf doe, doe ik meestal beter. Lees: goedkoper. Ik maak soms zorgen over de toekomst van mijn werk. Ik ga daar niet onnozel over doen.

Zachtheid wint
‘Maar Ann, kijk eens rond. Er zijn zo veel vacatures voor copywriters. Zo’n vaart zal het niet lopen.’ Inderdaad, er zijn staan enorm veel vacatures open. Voor content creators, die elke dag marketingplannen in kalenders moeten gieten om de socialmediaplatformen mee te bezoedelen. Om AI-teksten te ‘vermenselijken’, want die moeten nog nét een beetje vlotter lezen. Om scripts te schrijven voor automatisch gegenereerde LinkedIn mails, die ongevraagd je mailbox insluipen. Net die dingen boeien me voor geen meter. Waarom? Omdat ze koud zijn. Strategisch. Onpersoonlijk. Onbezield.

Hoe bestaat het dat we juist in deze tijden, waarin de maatschappij meer dan ooit nood heeft aan verbinding, menselijkheid en zachtheid, de creatiekracht van de mens willen opofferen? Kunst, fotografie, grafische vormgeving, literatuur, verhalen, verbinding. Zelfs onze basiscommunicatie wordt overgenomen door bots. Onder het mom van efficiëntie en besparing. Omdat we dan zelf geen moeite meer hoeven te doen. Omdat we dan niet meer moeten nadenken. Maar wat is een homo sapiens die niet meer nadenkt? De oermens drukte zijn gevoelens al uit in rotstekeningen. Artistieke menselijke expressievormen dragen toch bij aan een gelukkig leven, zowel voor de creator zelf als voor degene die zich de tijd en moeite getroost om ervan te genieten? En ja, ik weet dat technofobie van alle tijden is. De komst van de televisie en de eerste computers werden ook met de nodige argwaan onthaald. Maar kijk eens rond. Het gaat deze keer wel écht hard. Ik kan niet meer bijbenen, en dat geeft me een onbehaaglijk gevoel. Ik wil dat eigenlijk ook niet, en dat doet me zo mogelijk nog meer wankelen.

“Wat is een homo sapiens die niet meer nadenkt?”

Liefde voor het lege blad
Ik kies er dus bewust voor om mijn teksten niet te laten genereren door AI. Al zou ik mijn opdrachten inderdaad veel sneller kunnen inleveren, meer omzet draaien en op die manier aan tekstueel bandwerk doen. Katsjing! Maar ik heb nooit voor een leven als freelancer gekozen omwille van het financiële aspect. In België moet je sowieso wel half gek zijn om een eenmanszaak op te starten. Maar dat terzijde. Zoals ik in het eerste deel beschreef: ik ben in eerste instantie begonnen met schrijven omdat ik er blij van werd. Dat is nog steeds zo. Omdat ik uitdaging nodig heb, zowel intellectueel als creatief. Ik hou van een leeg blad omwille van de ontelbare mogelijkheden. Die ik zelf mag verkennen. Herdenken. Herformuleren. Schrappen. Net zolang prutsen tot het goed zit. ChatGPT zou me zo veel uit handen nemen, dat ik alleen een stukje polijstwerk overhoud. Dat is als het werk van een beeldhouwer beperken tot enkel het aanbrengen van een laag vernis. Met andere woorden: where’s the fun in that?

Overal klinkt het goedbedoelde advies om artificiële intelligentie te ‘omarmen’, en er groeikansen in te zien. Wel, als ik al van plan ben om iets te omarmen, zal het toch een persoon van vlees en bloed zijn.

4 reacties op “Het kunstmatige brein”

  1. Heel goed verwoord en geschreven Ann. Helemaal mee eens , niets beter als een witte canvas om mee aan de slag te gaan voor een kunstenaar en een wit blad voor een schrijver😊

Een reactie achterlaten op Claudie Clinckemaillie Reactie annuleren

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *